Maar je ziet toch helemaal niks? Misschien is dit ook wel eens door jouw hoofd gegaan. Eerlijk gezegd: bij mij wel. De eerste keer dat autisme aan onze dochter werd gelinkt, geloofde ik het gewoon niet. Ze zaten er vast naast. Autisme? Dat kon toch niet?
Gaandeweg het hele onderzoekstraject heb ik meer en meer geleerd over
autisme. Over autisme bij meisjes. Over autisme bij óns meisje. Want het heet
tegenwoordig niet voor niets: autisme spectrum stoornis. Het is zo’n breed
spectrum, daarbinnen neemt elk kind óók nog eens zijn of haar eigen situatie en
karakter mee en hoppa; je hebt 1001 verschillen.
Ik heb geen exacte cijfers paraat,maar vaak hoor je dat autisme
samen gaat met iets anders. Zoals bijvoorbeeld een ontwikkelingsachterstand,
een leerprobleem (denk aan dyslexie of dyscalculie) of andere aandoeningen. Dat
verschilt ook echt van kind tot kind. Voor zover wij weten speelt dit bij ons
niet en zijn haar ‘problemen' te herleiden naar haar autisme. Bij haar staan de
angst en de sensorische integratieproblematiek zeer op de voorgrond; aldus het
verslag. Het anticiperen op de wereld om haar heen geeft grote spanning die zich
naar binnen keert.
Dus inderdaad: dat zie je niet. En dat geldt voor heel veel
kinderen of mensen met autisme: dat zie je niet aan ze. Want vertel eens; wat
zou je dan verwachten te zien?
Om mezelf ook maar meteen tegen te spreken: wij zien het wél
aan onze dochter. De spanning op haar gezicht, haar verstarring bij veel
prikkels, haar handen die naar haar oren vliegen of haar ‘fladderen'. Haar ogen
die naar binnen keren als de emmer vol raakt. Ik zou bijna zeggen: wie ziet het
níet? Maar dat is met al die jaren oefenen en ervaren. Écht observeren, ook klein
leren kijken. En het grotere geheel bekijken.
En wat doe je als ouder met zo’n opmerking ‘je ziet het helemaal
niet’? Lach je maar mee, of leg je uit hoe het zit? Laat je ze praten of knoop
je het gesprek aan?
Mijn persoonlijke mening: bekijk de context. Én je eigen
gevoel erbij. Is er de mogelijkheid om een korte toelichting te geven? Doen!
Bijvoorbeeld als onze dochter naar een feestje gaat, geef ik
van tevoren aan de moeder door dat ze autisme heeft. De eerste paar keer was er
inderdaad verbazing. Dan leg ik kort uit dat ze vooral veel behoefte heeft aan
duidelijkheid en voorspelbaarheid. Hoe concreter mijn info, hoe beter de ander
daar wat mee kan. Gaandeweg komt inderdaad vaak de opmerking: joh, dat had ik
niet verwacht! Dat is een mooie aangelegenheid om daar dan op in te gaan. Ik zeg
dan bijvoorbeeld dat ze inderdaad goed is in het sociaal kopiëren waardoor je
zo op het oog weinig merkt.
Op het moment dat ik zo’n soort opmerking krijg, probeer ik
me te verplaatsen in de ander en begrijp ik dat ze verbaasd zijn. Vanuit dat
stukje geef ik dan graag wat uitleg. En natuurlijk leent niet elke situatie
zich ervoor. Daarom: kijk naar de context én jouw eigen gevoel!
Want zeg nou zelf, “wat je niet ziet, dat is er niet": we
weten toch allemaal dat dát niet klopt? 😊
Wat schrijf je herkenbare dingen! Wij zitten nu in het onderzoeks-/diagnostiek traject. Naar alle waarschijnlijkheid ook ergens in het ASS. Bedankt voor het beschrijven van jullie verhaal. Ik ga het stukje: meer vragen om te weten waar je aan toe bent meenemen, want dat blijft echt lastig; het wachten... Veel sterkte, maar vooral ook mooie momenten gewenst met jullie bijzondere meisje! Warme groet, Anika
BeantwoordenVerwijderenWat fijn dat je iets hebt aan de blogs! Dankjewel voor je reactie. Sterkte in het onderzoekstraject, het blijft toch best wel wat he, ook al hebben deze kinderen ook echt hun talenten en sterke kanten!
Verwijderen